Op de valreep kreeg ik vrijdag voor de zomervakantie het bericht dat ik geslaagd ben voor de Master Leren en Innoveren. Vanaf nu mag ik mezelf Master of Education noemen, waar ik enorm trots op ben. De afgelopen twee jaar heb ik hier namelijk enorm hard voor gewerkt. Het is dan ook een hele opluchting nu de definitieve beoordeling binnen is. Het was een ontzettend leerzame studie, die mij aan het denken heeft gezet. Op persoonlijk en professioneel vlak ben ik hierdoor gegroeid.
Dank aan iedereen die heeft bijgedragen aan dit succes! Volgend jaar een nieuwe uitdaging in groep 8 en mooie innovatieve projecten in de school waar ik mee aan de slag zal gaan. Voor nu ga ik genieten van mijn vakantie!!
0 Opmerkingen
Alweer een maand geleden dat ik jullie meenam in mijn laatste blogbericht. Ondertussen heb ik niet stil gezeten, maar is nu het einde van de master echt in zicht!
Ik heb namelijk de uitslag van LA4 en LA5-II mogen ontvangen en die was zeer positief! LA4 heb ik behaald met een goed. Hierin heb ik met mijn SEAL-team het spel Future Proof Education ontworpen voor onderwijsprofessionals. Zij gaan de dialoog aan met elkaar over het onderwijs over 20 jaar m.b.t. vergrijzing. Ik was al ontzettend blij met het leerrendement en de toevoeging voor het onderwijs, maar de beoordeling was de bekroning. Ook LA5-II mijn praktijkonderzoek heb ik gehaald. Hier heb ik gekeken naar de huidige manier van feedback geven op mijn school tijdens de verwerkingsfase van rekenen. De uitkomst van het onderzoek had al een mooi resultaat en ook volgend jaar zal feedback een onderdeel zijn van de schoolontwikkeling waar ik me mee bezig ga houden. Doordat ik deze twee mooi resultaten heb behaald kon ik aan de laatste fase van de opleiding beginnen: de integratiefase. Hiervoor heb ik een vakpublicatie geschreven met de titel: ''Feedback onmisbaar bij de ontwikkeling van zelfregulatie'', gebaseerd op mijn onderzoeksverslag. Een praktisch artikel voor iedere leerkracht. Maar totdat het artikel gepubliceerd is in het door mij aangeschreven vakblad mag ik de rest nog niet vrijgeven. Voor belangstelling in het artikel kunt u persoonlijk contact opnemen met mij. Daarnaast moest ik ook een beeldverslag maken, met daarin de bewijslast van de afgelopen twee jaar, waarin ik mijn ontwikkeling aantoon in de rollen van de MLI. Mede dankzij deze blogpagina kon ik een groot deel van mijn beeldverslag al vullen en heb ik daarnaast gereflecteerd op het proces: Waar sta ik? Waar stond ik? en Waar wil ik naar toe? Het maken van dit beeldverslag heeft mij veel nieuwe inzichten gegeven waardoor ik het totaalplaatje van de opleiding kon rondmaken. Er is veel gebeurd, er is veel veranderd en het is tijd om hiermee aan de slag te gaan op mijn werk! Dit alles heb ik geïntegreerd en gekoppeld aan mijn selfassessment en ook dit laatste document heb ik zojuist ingeleverd met alle bewijslast die ik de afgelopen jaren heb verzameld voor de ontwikkeling van de rollen: excellente leraar, ondernemende ontwikkelaar, reflective practitioner en begeleider en gesprekspartner van collega's. Het einde van de opleiding is in zicht, wachten op de uitslag is begonnen. Ik heb inspirerende mensen mogen ontmoeten, ik ben veel leuke dingen tegengekomen en ik heb veel geleerd. Hoe ga ik nu verder met mijn ontwikkelde visie op onderwijs, alle theorieën, de praktijkervaringen die ik heb op mogen doen en mijn persoonlijke ontwikkeling? Uitgeleerd ben ik nog lang niet, maar voor nu ga ik het schooljaar afsluiten en daarna lekker genieten van een welverdiende vakantie. Om de resultaten uit de vragenlijst en observaties en opvallende overeenkomsten en verschillen te verklaren, heb ik begin april een semigestructureerd groepsinterview afgenomen met de geobserveerde collega’s. De vragen die ik voor dit interview had opgesteld kwamen voort uit de resultaten van de vragenlijst en observaties. Per instrument zijn de vragen opgesteld. Het interview was erg verhelderend, omdat openstaande vragen werden beantwoord. Doordat nu alle gegevens waren verzameld kon het uitwerken van de resultaten en het schrijven van de conclusie beginnen.
Het uitwerken van de resultaten vond ik een hele klus, dit weet ik nog van voorgaande onderzoeken die ik heb gedaan. Ik vind het moeilijk om de focus te leggen op alleen de belangrijkste resultaten, want het liefst laat je natuurlijk alles zien. Maar nu heb ik alleen beschreven wat daadwerkelijk van belang was voor de conclusies van het onderzoek. Wat zet je wel en wat niet in tabellen en grafieken? Door de feedback die ik van Suzanne en medestudenten ontving, kreeg ik een steeds duidelijker beeld van de resultaten en hun opbrengst. Hierdoor werd het schrijven van de conclusie, het advies en de aanbevelingen van het onderzoek een stuk gemakkelijker. Omdat het onderzoek volledig anoniem is verwerkt, zal ik geen uitspraken doen op dit gebied. Daarnaast heb ik de beoordeling ook nog niet ontvangen. Mocht u toch geïnteresseerd zijn in het onderzoek, kunt u contact opnemen met mij. De meivakantie heb ik gebruikt om de laatste feedback te verwerken, zodat ik mijn onderzoek op tijd en naar verwachting kon inleveren. Na deze flinke inspanning van het afgelopen jaar, is het onderzoek nu ingeleverd en is het spannendste nu aangebroken… wachten op de beoordeling van het onderzoek. Eindelijk laat ik weer iets van me horen. Door alle drukte op het werk en de opleiding is het me niet gelukt om jullie mee te nemen in het proces van LA4. Daarom vertel ik jullie vandaag de weg die wij (Dianne, Yucata, Suzan, Pieter en ik) bewandeld hebben bij ons wicked problem vergrijzing. We zijn begonnen met het verkennen van ons probleem aan de hand van het didactisch analyse model (DAM). Hier hebben we gekeken naar de politieke, economische en sociaal culturele gevolgen en mogelijke oplossingen van de vergrijzing. Hierbij hebben we rekening gehouden met de actuele trends in de maatschappij. Er is namelijk een gat ontstaan tussen de werkende en niet werkende beroepsbevolking: ‘’the gap’’. Vervolgens zijn we de theorie ingedoken bij de volgende kernbegrippen: duurzame inzetbaarheid, een leven lang leren, toekomstbestendig leren en technologische ontwikkelingen. Doordat we nu wat informatie hadden opgezocht over ons onderwerp, kon onze zoektocht naar een uiteindelijk product beginnen. Als SEAL-team (Social Engaged Action Learning) gingen we aan de slag. SEAL maakt onderwijs betekenisvol en praktijkgericht. Onze samenleving transformeert van een industriële maatschappij naar een kennismaatschappij (Voogt, 2013). Om in te spelen op deze verandering en de daarbij behorende eisen die gesteld worden aan de toekomstige arbeidskrachten, zou het onderwijs een meer open, flexibel, sociaal constructivistisch karakter moeten krijgen (Den Ouden, Valkenburg en Den Brok, 2014). In de huidige samenleving moeten werkgevers en –nemers namelijk kunnen omgaan met een massa aan informatie, leren om hun eigen keuzes te maken, verantwoordelijkheden kunnen nemen, leren te leren, kritische analyses kunnen maken en zo verder (Dochy, Berghmans, Koenen, & Segers, 2015). Doordat we een inspirerend gastcollege hebben gehad over SEAL, hebben de docenten uiteindelijk besloten om carte-blanche te gaan. Dit betekende dat we geen kaders hadden en dat we helemaal zelf ons eigen traject mochten gaan bewandelen. Best wel spannend vond ik dat, want je doet wat goed voelt, maar je weet niet zeker of je de juiste weg bewandeld. Achteraf gezien vond ik het een ontzettend leerzaam proces, doordat er geen kaders waren konden we ruim denken en hebben we meer bereikt dan dat we vooraf hadden bedacht. Om de samenwerking binnen ons SEAL-team (Social Engaged Action Learning) goed te laten verlopen hebben we allemaal de ME-scan ingevuld. Deze hebben we met elkaar besproken zodat we tijdens het proces gebruik konden maken van elkaars kwaliteiten. Ieder van ons heeft daar een reflectie opgeschreven en leerdoelen opgesteld voor dit LA. Zo wilde ik leren om buiten kaders te denken en over grenzen heen te kijken. Hieraan heb ik onder andere gewerkt door eerst mijn netwerk in beeld te brengen, zodat zichtbaar werd wie tijdens die proces voor mij van waarde kon zijn. Ook het proces als groep ging ondertussen verder. Zo zijn we verder gegaan met het maken de trendanalyse. Hierbij hebben we op de assen de uitersten waarden tegen elkaar afgezet om vervolgens vier scenario’s te beschrijven. Een leven lang leren versus leren voor het moment en analoog versus digitaal. Door deze beeldend te maken met pictogrammen werd hij meer levend. Doordat we als groep steeds meer naar elkaar toe groeide en feeling kregen met het onderwerp, zijn we gaan nadenken over ons ‘product’. Wat moet dit leerarrangement voor het onderwijs straks opleveren? Al snel kwam het idee om een spel te ontwerpen voor onderwijsprofessionals die met elkaar de dialoog aangaan over het onderwijs in de toekomst m.b.t. vergrijzing hieruit is: ‘Future Proof Education’ ontstaan. We zijn tot dit idee gekomen doordat een wicked problem niet één, twee, drie op te lossen is. Echter is het wel van belang dat onderwijsprofessionals worden geprikkeld, gaan nadenken over dit wicked problem en met elkaar de dialoog hierover aangaan. Al snel kwamen we als groep tot het maken van kaartjes met daarop vragen/stellingen/dilemma’s over het onderwijs over 20 jaar in relatie tot het wicked problem vergrijzing. Om een houvast te hebben en om ervoor te zorgen dat alle facetten uit het onderwijs worden aangestipt gedurende het spel is ervoor gekozen om het Spinnenweb van Van den Akker (2016) als uitgangspunt te gebruiken. We hebben dan ook als groep per punt uit het Spinnenweb vragen/stellingen/dilemma’s bedacht welke onderwijsprofessionals prikkelen om de dialoog aan te gaan met elkaar. Uiteindelijk hebben we het spel echt ontworpen en hebben we hierbij een handleiding geschreven, zodat onderwijsprofessionals zelfstandig het spel zouden kunnen spelen. De infographic bij het spel is voor ons een waardevolle bijdrage geweest in ons proces. Deze heeft ons laten inzien met welke aspecten we te maken hebben en krijgen als we kijken naar het maatschappelijke probleem vergrijzing. Ook is dit een soort samenvatting van alle aspecten waar we ons de afgelopen periode in verdiept hebben m.b.t. vergrijzing, maar dan aantrekkelijk weergegeven. De infographic is gemaakt ter ondersteuning voor het spelen van het spel. De vier concepten welke door ons zijn uitgewerkt staan hierin benoemd evenals dat het Spinnenweb van Van den Akker (2016) hierin staat weergegeven. De onderwijsprofessionals kunnen tijdens het spelen van het spel teruggrijpen op de infographic wanneer zij de belangrijkste concepten van vergrijzing niet meer scherp hebben. Daarnaast hebben we ook een filmpje gemaakt waarin duidelijk wordt dat het belangrijk is om na te denken over toekomstbestendig onderwijs. Ook wordt uitgelegd waarom het spel gemaakt is en welk doel het spel heeft: Tot slot hebben we als groep een visie geschreven over hoe wij het onderwijs over 20 jaar zien in relatie tot het wicked problem vergrijzing. Wat is onze rol als docent over 20 jaar? Wat is de rol van ouderen over 20 jaar binnen het onderwijs? We hebben ervoor gekozen om een visie te schrijven gezien wij allerlei ideeën hebben bedacht ten aanzien van toekomstbestendig onderwijs gedurende dit LA.
LA4 hebben we afgesloten door het spel in de praktijk te brengen. We zijn naar de werkplek van Suzan op het Summa College geweest om met een aantal collega’s het spel te spelen. Zij waren erg enthousiast en zagen het zitten om met het hele team over dit onderwerp na te denken. Het was erg leuk om te zien dat ons spel bruikbaar is voor de praktijk. Daarnaast hebben we het spel ook gepresenteerd op de Challengeday voor medestudenten en andere belanghebbende, ook hier werd goed gereageerd op het spel. Maar doordat het spel hier gespeeld werd met personen uit verschillende werkplekken, was het soms lastig om de vraag als groep te beantwoorden. Ik vond het leuk om de verschillen bij het spelen van het spel te zien. Het spel Future Proof Education zou ik graag ook bij mij op school willen spelen, maar dat wordt volgend schooljaar. Ik vind het belangrijk dat we nadenken over toekomstbestendig onderwijs, wat betekent dit voor onze school en wat dragen wij daar aan bij? Een maand later… Na mijn vorige blogbericht werd ik me er van bewust dat de tijd begon te dringen wat betreft het onderzoek. Ik had in de planning om in februari de resultaten te verzamelen en vanaf maart de data te gaan verwerken. Maar voordat ik hier aan kon beginnen, moesten eerst de instrumenten gemaakt worden. Hier ben ik snel mee aan de slag gegaan. Zo ben ik begonnen met het maken van de digitale vragenlijst voor de leerkrachten van groep 4 t/m 8. Deze heb ik gemaakt in Google formulieren, zodat de leerkrachten op een eigen gewenst moment de vragenlijst konden invullen. Deze vragenlijst bestond uit twee delen: in deel 1 van de vragenlijst werd gekeken naar de opvattingen en het handelen van de leerkracht bij mondelinge feedback tijdens de verwerkingsfase van rekenen, ter bevordering van zelfregulatie. Deel 2 van de digitale vragenlijst ging over het handelen bij mondelinge leerkrachtfeedback tijdens de verwerkingsfase van rekenen. De vragenlijst werd goed gekeurd door Suzanne (mijn onderzoeksbegeleider), omdat de vragenlijst deels afkomstig was uit een ander onderzoek, waardoor ik de vragenlijst snel kon versturen. Kort daarna vonden de observaties plaats, daarvoor moest ik een observatie instrument maken. Hiervoor kon ik geen bestaand instrument vinden, dus heb ik er zelf een ontworpen. Met hulp van Suzanne heb ik uit mijn theoretisch kader de aspecten gehaald die passen bij feed up, feedback, feed forward en feedback op het niveau van zelfregulatie. Deze aspecten heb ik geobserveerd a.d.h.v. hoe vaak het observatiepunt werd gezien. Ook had ik een aantal belangrijke aspecten verzameld die niet geobserveerd konden worden zoals ‘’de leerling heeft de feedback begrepen’’. Daarom heb ik op advies van Suzanne na afloop van de observaties in de groepen 4 t/m 8 aan twee willekeurige leerlingen uit iedere groep een aantal bevestigingsvragen gesteld. Doordat deze leerlingen de observaties bevestigde, zijn deze resultaten niet verder uitgewerkt in het onderzoeksverslag. Toen ik deze resultaten had verzameld had ik al veel mooie dingen gezien in de school. Collega’s worden ook steeds nieuwsgieriger naar de resultaten en ik merk dat het onderzoek steeds meer gaat leven in de school.
Ondertussen was ik ook bezig met het uitwerken van de data-analyse. Want hoe ga ik nu al deze gegevens analyseren, zodat ik met een gedegen advies kom? Dit vond ik een hele puzzel. Vooral het opstellen van de operationaliseringstabel. Een tabel die per deelvraag en per instrument aangeeft wat er gemeten wordt bij welke kernbegrippen. Maar doordat ik hier mee aan het stoeien ben gegaan, kreeg ik steeds meer inzicht en zag ik de verbindingen steeds duidelijker worden. Het onderzoek krijgt steeds meer vorm. Jullie hebben er weer even op moeten wachten, maar vandaag weer een nieuwe blogbericht online! Ik merk dat het moeilijk is om iedere week iets te posten, waar dat vorig jaar wel lukte. Dit heeft meerdere oorzaken. Ten eerste is mijn tijd schaars en besteed ik de tijd vaker aan mijn leerarrangementen. Daarnaast is het aanbod op de master ook veranderd t.o.v. vorig jaar. De leerarrangementen verlopen veel meer als een proces en hierdoor is het aanbod heel wisselend. De ene week is het heel praktisch en zinvol, de andere week wat minder voor mij. Maar niet getreurd, ik probeer jullie maandelijks een update te geven! Januari 2019 alweer, wat gaat de tijd snel! Over een halfjaar hoop ik te kunnen zeggen dat ik mijn diploma Master of Education Leren en Innoveren binnen heb. Maar voor het zo ver is, moet er eerst nog hard gewerkt worden. Tijd maken om stil te staan bij de mooie dingen is ook belangrijk. Ik heb namelijk mijn LA3 innovatie analyse, skills assessment en screencast m.b.t. de innovatie Engels afgerond met een goed en daar ben ik maar wat blij mee! Zoals ik al eerder schreef duurde het even voordat ik dit jaar in de flow van het leerarrangement kwam, maar in november en december 2018 vielen de puzzelstukjes in elkaar voor mij. Vanaf dat moment heb ik mijn analyse af kunnen schrijven, het skills assessment gevoerd en mijn leer- en ontwikkelpunten vastgelegd in een screencast. Doordat alle kennisdialogen op de opleiding gegeven waren, kreeg ik het totaalplaatje en kon ik mijn analyse compleet maken. Ik vond het ontzettend leerzaam om dit op mijn school te analyseren. Het skills assessment op de opleiding verliep ook erg goed, waar ik met een positieve blik op terugkijk. De oefenmomenten op de opleiding en op school waren erg waardevol voor mij. Om dit LA samen te vatten in mijn leermomenten heb ik een screencast gemaakt. Zie hieronder het resultaat. Tijd om hier lang bij stil te staan is er niet, want ondertussen is LA4 - De maatschappelijke context van het onderwijs al van start gegaan. In dit leerarrangement ga ik met een groepje aan de slag rondom een Wicked problem. Ons Wicked problem is duurzaamheid - vergrijzing, middels scrummen (net als LA2) houden we controle over onze voortgang en het resultaat. Rondom dit onderwerp gaan wij onderwijs ontwerpen voor 2040. Hoe we dit gaan doen en hoe dit eruit komt te zien? Dat moet de komende weken vorm krijgen. De eerste gastsprekers zijn al geweest, waar we inspiratie hebben opgedaan om mee aan de slag te gaan. Ik ben enthousiast en heb enorm veel zin om hierover na te denken! Op 15 april presenteren we ons idee, wees welkom!
Daarnaast loopt LA5, mijn praktijkgericht onderzoek ook door. De eerste stappen van het onderzoek zijn doorlopen en ben ik druk bezig met het ontwerpen van mijn instrumenten, passend bij mijn onderzoeksvraag: Hoe geven leerkrachten van groep 4 t/m 8 van basisschool X mondelinge feedback aan leerlingen tijdens de zelfstandige verwerkingsfase van rekenen, ter bevordering van zelfregulatie? Ik ga hiervoor observaties houden in de desbetreffende groepen, een vragenlijst wordt uitgezet onder de leerkrachten van deze groepen en tot slot wil ik met de geobserveerde leerkrachten een groepsinterview houden. De maanden februari/maart wil ik gebruiken om mijn resultaten te verzamelen, zodat ik voldoende tijd heb om de resultaten te verwerken. Vorig jaar regelmatig met de tweedejaars gesproken, zij zeiden dan vaak: ''Volgend jaar wordt het nog veel drukker!'' En toen dacht ik dat zal wel meevallen, want veel drukker kon het toch niet worden? Maar wel hoor, het is druk. En dan heb ik het vooral over het combineren van twee leerarrangementen: LA3 en LA5-II en fulltime werken als groepsleerkracht op de basisschool. Doordat de volledige aandacht en tijd uit gaan naar de leerarrangementen, heb ik jullie niet op de hoogte kunnen houden van de ontwikkelingen de afgelopen tijd, zoals ik graag had willen doen. Maar vandaag neem ik jullie weer mee! Om te beginnen met LA3, dit LA is al flink op weg, met nog maar twee bijeenkomsten en een skills-assessment te gaan. Het duurde even voordat ik in een 'flow' zat met dit leerarrangement, ik moest echt even op gang komen. Iedere week waren er namelijk verschillende kennisdialogen over: innovatie, structuur, cultuur en power. En deze aspecten neem ik op om mijn innovatie-analyse omtrent de invoering van Engels in groep 1 t/m 8 vorm te geven. Ik heb de keuze gemaakt om iedere week de kennis die ik heb opgedaan te verwerken in mijn innovatie-analyse om er uiteindelijk een geheel van te maken. Nu alle kennisdialogen (op één na) gegeven zijn, begint mijn analyse steeds meer vorm te krijgen en begin ik steeds meer in te zien welke stappen wel en niet goed doorlopen zijn van een innovatieproces. Deze bevindingen zal ik eerst met mijn school delen, voordat dit openbaar gemaakt wordt. Ondertussen ben ik druk bezig met het voorbereiden op het skills-assessment. Hiervoor heb ik een casus moeten schrijven met een probleem waar ik tegenaan liep bij mijn innovatie en waarbij ik kan werken aan mijn persoonlijke gespreksdoel: het tonen van inlevend vermogen en niet direct er tegenin te gaan, maar begrip te tonen voor de situatie van de collega. Niet iedereen is hetzelfde, daarom dien ik eerst na te denken voordat ik een reactie geef uit emotie. Zowel op de opleiding als op mijn werkplek ben ik verschillende keren het gesprek aangegaan om hiermee te oefenen. Ik merk dat dit steeds beter gaat en dat geeft vertrouwen voor het assessment. Daarnaast heb ik zelf ook een van de kennisdialogen rondom structuur verzorgd. Hierop heb ik ingezoomd op de theorie van Mintzberg (2013). Mintzberg benoemt de structuur van een organisatie als het totaal van de verschillende manieren waarop het werk in afzonderlijke taken is verdeeld en de wijze waarop dit wordt gecoördineerd. Een organisatie is een groep mensen die een gezamenlijk doel nastreven.
Ook heb ik geconstateerd dat in groep 3 op dit moment het rekenonderwijs op een andere manier wordt ingericht, waardoor ik ervoor gekozen heb om het onderzoek uit te voeren in groep 4 t/m 8. Momenteel ben ik bezig met het uitwerken van de opzet van het onderzoek. Hierin zal ik observaties gaan doen en interviews afnemen met de groepsleerkrachten. Later hier meer over.
Bij het leerteam rekenen heb ik de mogelijkheid gekregen om mijn vorderingen van het onderzoek te bespreken en hen om feedback te vragen. Hierdoor wordt het onderzoek door meerdere collega's op de voet gevolgd. Wanneer de onderzoeksvraag definitief is, zal ik deze met jullie delen. Hij richt zich nu op verschillende typen feedback die gebruikt worden door de leerkracht tijdens de verwerking van rekenen. Weer even genoeg voor nu en nu snel weer verder met de LA's die wachten.... Alweer een maand bezig in het afstudeerjaar! Dit tweede jaar is direct van start gegaan met twee leerarrangementen. Een volle planning dus.
De start was met LA5-II Praktijkonderzoek, dit jaar ga ik op mijn werkplek een onderzoek uitvoeren. Ondertussen is het onderwerp bepaald en staan de eerste stappen van het onderzoek op papier. Ik ga me dit jaar verdiepen in de feedback die leerkrachten geven aan leerlingen tijdens de verwerking van het vak rekenen in de groepen 3 t/m 8. Ik hoop hiermee inzicht te krijgen op welke manieren leerkrachten leerlingen voorzien van feedback. Om de verbindingen te zoeken en draagvlak te creëren ben ik aangesloten bij het leerteam rekenen. Zij zullen actief betrokken worden bij de stappen van het onderzoek. Op dit moment staan de grote lijnen van de probleemanalyse, probleemstelling en theoretisch kader op papier. De komende weken ga ik dit verder finetunen. Daarnaast is LA3 Initiëren en begeleiden van onderwijsvernieuwingen van start gegaan. Hiervoor ga ik een innovatie-analyse maken. Deze ga ik richten op de implementatie van de methode Groove.me voor Engels in groep 1 t/m 8. Dit jaar zijn we daar op school mee begonnen en het team is nog erg zoekende in de aanpak. Samen met de directeur ga ik kijken wat er nodig is om deze innovatie te laten slagen. Tijdens dit LA verzorg ik ook twee keer een kennisdialoog, een keer over structuur op de opleiding en nog een kennisdialoog voor collega's. Ook voer ik nog een skills-assessment met docenten van de opleiding over een casus die gerelateerd is aan mijn werkplek over de gekozen innovatie, een soort rollenspel, waarin ik mijn expertise moet laten zien. Ik ben heel benieuwd hoe dit verloopt en hoe ik hierop anticipeer. Aan het einde van dit LA maak ik een screencast met de opbrengsten en leerpunten tijdens dit leerarrangement. Een druk programma dus, met veel uitdagingen en leermomenten. Verder werk ik natuurlijk aan mijn rolontwikkeling, die ik tijdens dit LA goed kan laten zien. De komende periode houd ik jullie regelmatig op de hoogte van de voortgang bij de verschillende leerarrangementen. Het eerste leerjaar MLI zit er op! Wat is de tijd voorbij gevlogen en wat is er veel veranderd! Een jaar waarin ik onwijs veel heb geleerd, inspirerende mensen heb mogen ontmoeten en met interessante onderwijsinnovaties aan de slag ben gegaan. Zo zijn we begonnen met de oriëntatie- en integratiefase, waarvoor we een CGI moesten afnemen, super spannend wat mijn leidinggevende van mij ziet in de organisatie. Daarna LA1 waarbij ik een visiestuk heb geschreven over de veranderende rol van de leerkracht bij het bevorderen van zelfregulering bij leerlingen in heterogene groepen. Dit leerarrangement heeft mij de meeste leerwinst opgeleverd. Ik heb flink geworsteld met het schrijven van het visiestuk, maar mede door mijn doorzettingsvermogen heeft dit geresulteerd in een prachtig resultaat, zowel op de opleiding als op mijn werkplek en daar ben ik trots op! Daarna kwam LA2, waarbij ik samen met medestudenten de Mount Everbest ontwikkeld heb voor het stellen van doelen bij zelfregulatie. Wat vond ik het ontzettend interessant om me te verdiepen in het curriculum van mijn school. Ook dit leerarrangement heb ik positief weten af te ronden. Het eerste leerjaar sloten we af met LA5-I, waarin we een 'klein' praktijkonderzoek gingen uitvoeren. Ook hier koos ik voor het onderwerp zelfregulatie: 'De rol van de leerkracht bij zelfregulatie'. Ik kan dus stellen dat ik het afgelopen jaar me verdiept heb in de theorie en concepten rondom zelfregulatie. Een containerbegrip, waarbij ik verschillende kanten belicht heb. Tijdens LA5-I heb ik de stappen van het onderzoek doorlopen en kwam ik er achter dat zelfregulatie door leerlingen op mijn school anders wordt ervaren, dan wat leerkrachten denken te doen aan zelfregulatie. Ook dit laatste leerarrangement van het eerste jaar heb ik voldoende weten af te ronden. Hieronder heb ik de infographic weergegeven, benieuwd naar het hele onderzoek? Neem contact met me op! Dit eerste leerjaar heb ik afgesloten met een CGI2 met mijn leidinggevenden. Hieruit bleek dat er een duidelijke rolontwikkeling zichtbaar is en hebben we gesproken over mijn ontwikkelpunten voor volgend jaar: ''Geef aan wat je nodig hebt! We zijn apetrots op je, dat je dit er zo maar even allemaal bij doet! Zo'n onwijs sterke studie er naast doen met een goede opbrengst, chapeau!'
Met deze lovende woorden sluit ik het eerste studiejaar MLI af, vol goede moed door naar leerjaar 2, maar eerst genieten van de vakantie! Tot in september! Eindelijk kan ik mijn visiestuk met jullie delen! Wat ben ik blij met de lovende woorden van mijn beoordelaars, maar vooral trots op het resultaat. Ik heb er flink mee geworsteld, maar enorm veel van geleerd. Vooral het verbindend schrijven heeft mij veel leerwinst opgeleverd. Het heeft even geduurd, maar het resultaat mag er zijn. Dit visiestuk is beoordeeld met een 'goed'! De veranderende rol van de leerkracht bij het bevorderen van zelfregulering bij leerlingen in heterogene groepen. Inleiding Staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) startte in november 2014 een nationale dialoog over de veranderende maatschappij en de gevolgen hiervan voor het onderwijs. Volgens het rapport Onderwijs 2032 (Platform onderwijs 2032, 2016) is het belangrijk leerlingen voor te bereiden op een zelfstandige deelname aan de maatschappij. Voor het onderwijs betekent dit meer focus op de inzet van toekomstbestendige competenties, zoals het bevorderen van zelfregulering (Overbeek & Lieskamp, 2015). Zelfregulering is nodig zodat leerlingen eigenaar worden en zijn van het eigen leerproces om op deze manier voorbereid te zijn op een leven lang leren dat in de maatschappij centraal staat (Oostdam, Peetsma, & Blok, 2007; Studulski, 2015). De taak van de leerkracht gaat van het overdragen van kennis steeds meer naar het begeleiden van het leerproces, waardoor de rol van de leerkracht steeds meer verandert in een coachende rol (NOG, 2016). Hogere leeropbrengsten worden behaald, wanneer leerlingen van verschillende leeftijden en niveaus meer samenwerken (Marzano, 2001; Platform onderwijs 2032, 2016). Bijker, Boerema en Louwsma (2012) zeggen dat de verschillen tussen leerlingen in heterogene groepen kleiner worden wanneer zelfregulering bevorderd wordt. Hierbij wordt ook de coachende rol van de leerkracht bevordert. Onder heterogene groepen wordt groepering op basis van jaargroepen verstaan. Binnen heterogene groepen wordt lesgegeven aan leerlingen van verschillende niveaus en leeftijden. In heterogene groepen wordt een bepaalde mate van zelfstandigheid en probleemoplossend vermogen van leerlingen verwacht (Vangrieken, Dochy, Raes, & Kyndt, 2015). Niet te verwarren met combinatiegroepen, waarbij de leerlingen gedurende de gehele schooldag bij elkaar in dezelfde groep zitten, waarbinnen de leerkracht differentieert. Door de terugloop in het leerlingenaantal op Kindcentrum De Kameleon, is de noodzaak ontstaan om het onderwijs anders te organiseren. De visie van de school is dat leerlingen effectief en gemotiveerd leren, doordat leerlingen zelf het leerproces aansturen. Schooljaar 2016-2017 is gestart met differentiëren binnen drie heterogene groepen 5-6. De groepen 1-2 werken ook heterogeen, de andere groepen zijn homogeen geformeerd en differentiëren binnen de jaargroep. Uit gesprekken met leerkrachten blijkt dat door het tegelijkertijd lesgeven aan twee jaargroepen met uiteenlopende niveaus en leeftijden, de leerkrachten van de heterogene groepen 5-6 een verhoogde werkdruk ervaren. Verhoogde werkdruk bij leerkrachten heeft een nadelig effect op de kwaliteit van het onderwijs (PO-raad, z.j.). De meeste huidige leerkrachten zijn niet opgeleid in de rol van coach. De werkdruk wordt mogelijk verhoogd doordat leerkrachten van Kindcentrum De Kameleon nog niet bekend zijn met de nieuwe coachende rol van de leerkracht, dan wel deze rol nog niet volledig hebben geïnternaliseerd (Ballet, 2007). Wanneer leerlingen meer regie voeren over hun eigen leren en hierin verantwoordelijkheid nemen, kan er meer tijd ontstaan voor de leerkracht om de rol van coach te vervullen en voor de leerling ontstaat ruimte om zelfregulering te ontwikkelen. De directie wil graag weten hoe de rol van de leerkracht er uit ziet in heterogene groepen, wanneer zelfregulering bij leerlingen wordt bevorderd. Dit leidt tot het standpunt: ‘’De coachende rol van de leerkracht draagt bij aan het bevorderen van zelfregulering in heterogene groepen’’. Theoretisch kader Een belangrijke basis voor het ontwikkelen van schoolse vaardigheden is zelfregulering (Oostdam, Peetsma & Blok, 2007). Zelfregulering is een toekomstbestendige competentie die leerlingen leren in het hedendaagse onderwijs. Zimmerman (1999;2008) definieert zelfregulering als de mate waarin leerlingen op het gebied van metacognitie, motivatie en gedrag actief participeren in hun eigen leerproces. De leerling maakt gebruik van leerstrategieën om tot zelfregulering te komen (Kostons, Donker & Opdenakker, 2014). De leerkracht is hierbij een belangrijke ondersteunende factor (Van Herpen, 2005). Onder leerstrategieën worden handelingen verstaan, die leerlingen bewust kunnen inzetten ter verbetering van het leerproces (Dijkstra, 2015). Wanneer een leerling zijn emoties, cognities en motivatie kan aanpassen aan zijn omgeving, resulteert dit in adequate zelfregulerende vaardigheden, zoals productiviteit, positief zelfbeeld, positieve sociale relaties en het behalen van doelen (Blair & Diamond, 2008). Een leerling die beschikt over voldoende metagcognitieve, cognitieve en motivatie-/affectieve leerstrategieën leert zelfregulerend (Kostons, Donker, & Opdenakker, 2014). Zelfregulerend leren bestaat volgens het model van Zimmerman (2002) uit drie cyclische fasen: de voorbereidingsfase, de uitvoeringsfase en de evaluatiefase. Deze fasen volgen elkaar steeds opnieuw op. Bij de voorbereidingsfase gaat het om gedachten en processen die zich voorafgaand aan het leren afspelen. Dit wordt onderverdeeld in twee categorieën: de taakanalyse en de zelfmotivatie (Valcke, 2010; Vandenbussche, 2010; Zimmerman, 2002). De uitvoeringsfase heeft betrekking op wat de leerling tijdens het leren doet. Ook deze fase bestaat uit twee categorieën: de zelfcontrole en de zelfobservatie. De evaluatiefase vindt plaats na het maken van een taak of na het leren. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen de zelfbeoordeling en de reactie van de leerling. Deze drie cyclysche fasen worden beïnvloed door drie factoren: de persoon, het gedrag en de omgeving (Valcke, 2010). Bij zelfregulering in heterogene groepen zijn leerlingen zelf verantwoordelijk voor de planning, kwaliteit en evaluatie (Van den Oetelaar, Lamers & Zadelhoff, 2017). De ontwikkeling van metacognitie is vereist om na te denken over gedrag en gedachten. Volgens Dawson en Guare (2009) behoord metacognitie tot een van de elf executieve functies. Executieve functies is een verzamelnaam voor denkprocessen in het brein, die belangrijk zijn voor het denken (cognitie) en het uitvoeren (executie) van sociaal, efficiënt en doelgericht gedrag. Leerlingen ontwikkelen een betere kennisopslag en kennistransfer door actief en zelfstandig leren (Hoeven, van der, 2009). Dhuyvetter (2014) en Kostons et al. (2010) beschrijven in hun reviewstudies dat wanneer gestart wordt in het basisonderwijs met zelfregulerend leren positieve leerresultaten worden behaald. Leerlingen zouden op jonge leeftijd verschillende leerstrategieën leren, waarvan zij later bij complexere taken, profijt van hebben. Op jongere leeftijd is het gemakkelijker om attitudes en leerstrategieën bij te stellen. Zelfregulerend leren is mogelijk bij jonge kinderen (Dhuyvetter, 2014; Kostons et al., 2014; Valcke, 2010; Vandenbussche, 2010). Een kanttekening hierbij is dat jonge kinderen naïef en te optimistisch lijken te zijn over hun eigen mogelijkheden om te leren (Vandenbussche, 2010). Dit verandert naarmate ze ouder worden. Kinderen onder de tien jaar zouden moeite hebben met het coördineren van metacognitieve processen bij het uitvoeren van complexe taken. Ook zouden jonge kinderen zelden reflecteren op hun prestaties (Paris & Newman, 1990). Het leeftijds- en niveauverschil tussen lerenden draagt bij aan een krachtige leeromgeving (Bijker et al., 2012). Zelfregulering komt tegemoet aan interactie, differentiatie en reflectie in heterogene groepen, doordat leerlingen van en met elkaar leren. De ontwikkeling van leerlingen wordt gestimuleerd door de juiste hulp te bieden en in te spelen op de zone van naaste ontwikkeling (Vygotsky, in: Kagan, 2010). De leerkracht heeft een coachende rol (Greven, 2007). Deze aanpak komt voort uit het sociaal constructivisme, kennisconstructie vindt plaatst in interactie met andere leerlingen. Leerlingen zijn zich meer bewust van het leerproces doordat ze de leerstof zelf kunnen structureren (Van de Hoef, 2017). Zelfregulerend leren ontwikkelt zich niet spontaan, maar moet geleidelijk aan ontwikkeld worden onder begeleiding van de leerkracht (Dhuyvetter, 2014; Vandenbussche, 2010). Leerkrachten kunnen zelfregulering bij leerlingen bevorderen door het creëren van een veilige omgeving, het leren omgaan met regels en omgaan met frustraties en beheersen van emoties (Kok, 2015). Eysink (2016) wijst in dit verband op dat zelfregulering vraagt om aanpassingsvermogen en differentiatievaardigheden van de leerkracht, zoals het begeleiden van verschillende onderwijsbehoeften en de bijkomende organisatorische aspecten als tijd- en klassenmanagement. Een belangrijke voorwaarde bij het aanleren van zelfregulerend leren is dat de controle over het leerproces geleidelijk van de leerkracht naar de leerling moet gaan (Kostons et al., 2014; Vandenbussche, 2010). Dit betekent dat de leerkracht de ondersteuning van het leerproces van de leerling stapsgewijs afbouwt, zodat de leerling op een steeds hoger niveau van zelfregulering komt. Het is belangrijk om leerlingen keuzevrijheid te bieden, zodat leerlingen eigen keuzes kunnen maken in het gebruik van bijvoorbeeld het onderwerp, de plaats waar je werkt en de strategieën. Aan de leerkracht de taak om leerlingen te begeleiden bij het leerproces en te voorzien van feedback, zodat zelfregulering bij leerlingen bevorderd wordt (Dhuyvetter, 2014; Vandenbussche, 2010). Feedback is een krachtig middel om leerlingen te coachen (Hatty, 2009). Volgens Hatty (2009) kan de zelfstandigheid van de leerlingen worden bevorderd door procesgerichte doelen te stellen en procesgerichte feedback te geven. Met procesgericht feedback wordt feedback bedoeld die een leerling nodig heeft om een taak te volbrengen. Om leerlingen te coachen bij het ontwikkelen van zelfregulering zijn drie vaardigheden van belang (Janson, 2014); luisteren, vragen stellen en doorvragen en analyseren. Bij luisteren gaat het om auditief waarnemen. Het vermogen om dat wat de leerling vertelt niet direct te labelen of direct te snappen wat er bedoeld wordt. Daarom is vragen stellen en doorvragen naar uitleg of voorbeelden noodzakelijk om goed te kunnen luisteren. Analyseren is de laatste vaardigheid die nodig is. Het gaat niet om goede of foute antwoorden, maar om het vinden van de juiste ingang om leerlingen te activeren (Janson, 2014).Ontwikkeling in de coachende rol van de leerkracht, betekent dat het noodzakelijk is voor de leerkracht om ervaring op te bouwen, om een duidelijke lijn te volgen en een eigen stijl te creëren. Dat leer je niet uit een boek of van een cursus (Gerbrands & Meijer, 2011). In heterogene groepen zouden deze coachingsvaardigheden het antwoord kunnen zijn op de werkdruk die door leerkrachten ervaren wordt (Greven, 2007). Wanneer een disbalans is ontstaan tussen de inhoud, de eisen, de context van het werk en de mogelijkheden van de werknemer om het werk goed uit te voeren, is er sprake van werkdruk (zie hiervoor https://www.baanfit.nl/wat-is-werkdruk/). Tijdgebrek, werkdruk en diversiteit tussen leerlingen worden door de leerkrachten ervaren als hinderpalen bij het stimuleren van zelfregulerend leren (Vandenbussche, 2010) . Echter dienen leerkrachten wel getraind en begeleid te worden bij het aanleren van coachingsvaardigheden, om uiteindelijk werkdrukvermindering te ervaren. Door leerlingen meer vrijheid te geven bij het bevorderen van zelfregulering, ontstaat er ruimte voor coaching en interactie (Kagan, 2010). Conclusie Het standpunt was ’’De coachende rol van de leerkracht draagt bij aan het bevorderen van zelfregulering in heterogene groepen’’. Zoals hiervoor beschreven kan gezegd worden dat bij het bevorderen van zelfregulering het niet alleen gaat om de coachende vaardigheden van de leerkracht, maar dat leerkrachten ook hun leerkrachtgedrag dienen aan te passen aan wat de leerlingen nodig hebben om verantwoordelijk te zijn voor het eigen leerproces. De metacognitieve vaardigheden van leerlingen dienen gestimuleerd te worden om zelfregulerend te kunnen leren. Daarnaast kost het aanleren van deze vaardigheden tijd en energie, dat mogelijk zorgt voor werkdruk. Vanuit de literatuur kan gesteld worden dat bij het van en met elkaar leren in heterogene groepen hogere leeropbrengsten worden behaald. Leerlingen worden uitgedaagd in de zone van naaste ontwikkeling en worden voorbereid op een leven lang leren. Op deze manier worden leerlingen steeds meer eigenaar van het eigen leerproces. De ondersteuning van de leerkracht wordt stapsgewijs afgebouwd bij het bevorderen van zelfregulering bij leerlingen. Hiervoor moeten de leerlingen leerstrategieën aanleren ter verbetering van het eigen leerproces. Vervolgens verloopt het zelfregulerend leren volgens drie cyclysche fasen, waarbij de leerkracht fungeert als coach: voorbereidingsfase, uitvoeringsfase en evaluatiefase. De leerkracht dient hierbij te focussen op een veilige leeromgeving, positieve feedback en reflectie om te zorgen voor een opbouw naar zelfregulerend leren. Hiervoor gebruikt de leerkracht de coachingsvaardigheden. Deze coachingsvaardigheden vragen om training voor de leerkracht. Vraag en luister goed is de boodschap. Zorg daarnaast dat de leerling en de beginsituatie van de leerling goed in beeld is. Tijdens het coachen is de non-verbale communicatie, stemklank, eerlijkheid, vertrouwen, respect en transpiratie erg belangrijk (Berg, van den, z.j.). Daarnaast is het belangrijk om een contextrijke omgeving te creëren die leerlingen uitdaagt tot samen leren. Op Kindcentrum De Kameleon wordt verwacht dat leerkrachten de vaardigheden van de coachende leerkracht zich al eigen hebben gemaakt. Echter blijkt dit niet het geval te zijn, waardoor een verhoogde werkdruk wordt ervaren bij het lesgeven aan heterogene groepen. De leerkrachten op Kindcentrum De Kameleon zouden bijgeschoold moeten worden in de rol als coach. Daarnaast zou het goed zijn om een open-cultuur te creëren onder leerkrachten, door regelmatig bij elkaar op klasbezoek te gaan en intervisies te houden zodat tegemoet kan worden gekomen aan het bevorderen van zelfregulering bij leerlingen in alle groepen op Kindcentrum De Kameleon. Literatuurlijst: De volledige literatuurlijst is op te vragen bij de auteur: Daisy Schuurmans (MLI 2017-2018). |
Over mijzelfLeerkracht basisonderwijs Categorieën
Alles
Archieven
Juli 2019
|