Het eerste leerjaar MLI zit er op! Wat is de tijd voorbij gevlogen en wat is er veel veranderd! Een jaar waarin ik onwijs veel heb geleerd, inspirerende mensen heb mogen ontmoeten en met interessante onderwijsinnovaties aan de slag ben gegaan. Zo zijn we begonnen met de oriëntatie- en integratiefase, waarvoor we een CGI moesten afnemen, super spannend wat mijn leidinggevende van mij ziet in de organisatie. Daarna LA1 waarbij ik een visiestuk heb geschreven over de veranderende rol van de leerkracht bij het bevorderen van zelfregulering bij leerlingen in heterogene groepen. Dit leerarrangement heeft mij de meeste leerwinst opgeleverd. Ik heb flink geworsteld met het schrijven van het visiestuk, maar mede door mijn doorzettingsvermogen heeft dit geresulteerd in een prachtig resultaat, zowel op de opleiding als op mijn werkplek en daar ben ik trots op! Daarna kwam LA2, waarbij ik samen met medestudenten de Mount Everbest ontwikkeld heb voor het stellen van doelen bij zelfregulatie. Wat vond ik het ontzettend interessant om me te verdiepen in het curriculum van mijn school. Ook dit leerarrangement heb ik positief weten af te ronden. Het eerste leerjaar sloten we af met LA5-I, waarin we een 'klein' praktijkonderzoek gingen uitvoeren. Ook hier koos ik voor het onderwerp zelfregulatie: 'De rol van de leerkracht bij zelfregulatie'. Ik kan dus stellen dat ik het afgelopen jaar me verdiept heb in de theorie en concepten rondom zelfregulatie. Een containerbegrip, waarbij ik verschillende kanten belicht heb. Tijdens LA5-I heb ik de stappen van het onderzoek doorlopen en kwam ik er achter dat zelfregulatie door leerlingen op mijn school anders wordt ervaren, dan wat leerkrachten denken te doen aan zelfregulatie. Ook dit laatste leerarrangement van het eerste jaar heb ik voldoende weten af te ronden. Hieronder heb ik de infographic weergegeven, benieuwd naar het hele onderzoek? Neem contact met me op! Dit eerste leerjaar heb ik afgesloten met een CGI2 met mijn leidinggevenden. Hieruit bleek dat er een duidelijke rolontwikkeling zichtbaar is en hebben we gesproken over mijn ontwikkelpunten voor volgend jaar: ''Geef aan wat je nodig hebt! We zijn apetrots op je, dat je dit er zo maar even allemaal bij doet! Zo'n onwijs sterke studie er naast doen met een goede opbrengst, chapeau!'
Met deze lovende woorden sluit ik het eerste studiejaar MLI af, vol goede moed door naar leerjaar 2, maar eerst genieten van de vakantie! Tot in september!
1 Opmerking
Vanaf half april is LA5-I Praktijkonderzoek van start gegaan. Vooraf had ik al een voorkeur voor een onderwerp mogen aangeven. Ik koos voor zelfregulatie. Tijdens de eerste bijeenkomst werd heel duidelijk uitgelegd wat de bedoeling was van dit LA. We moesten een KLEIN praktijkonderzoek gaan uitvoeren, zodat we alle stappen van de onderzoekcyclus al eens doorlopen hebben voor volgend jaar het grote onderzoek.
Samen met mijn onderzoeksbegeleider en medestudenten van de onderzoeksgroep zelfregulatie zijn we begonnen met het in beeld krijgen van de onderzoekcyclus. Voor mij was het even opfrissen en kwam alles weer langzaam bovendrijven. Twee jaar geleden heb ik namelijk mijn afstudeeronderzoek voor de Pabo uitgevoerd en vorig jaar heb ik voor de gymopleiding nog een onderzoek gedaan. Ik wist dus hoeveel werk (en tijd) een onderzoek in beslag nam. Mijn grote vraag bleef dan ook steeds: ‘’Wat is klein? Hoe zorg ik er voor dat het een klein onderzoek is, zodat het haalbaar is in de tijd?’’. De onderzoeksbegeleider, Suzanne, kwam daarvoor met de eerste handreiking: voorgesorteerde theorie m.b.t. zelfregulatie. In onze onderzoeksgroep hadden we ondertussen bepaald dat het onderzoek zich moest gaan richten op de rol van de leerkracht bij het ontwikkelen van zelfregulatie. Samen gingen we dus op zoek naar geschikte theorie. We hadden afgesproken om de stukken te verdelen en vervolgens een samenvatting ervan te schrijven en die met elkaar te delen, op die manier droeg iedereen zijn/haar steentje bij. Doordat ik mijn visiestuk (LA1) en herontwerp (LA2) ook gericht had op zelfregulatie, had ik al veel bruikbare bronnen tot mijn beschikking en was het zaak om de kern er uit te filteren. Ik ben toen begonnen met het schrijven van mijn probleemanalyse en probleemstelling. Door gebruik te maken van de hulpvragen, kwam ik al snel tot de kern en werd duidelijk waar ik mijn onderzoek op wilde richten: ‘’Dit onderzoek is gericht op de manier waarop leerkrachten vorm geven aan de ontwikkeling van zelfregulatie bij leerlingen. Het beoogt inzicht te krijgen in de verschillende manieren waarop leerkrachten van basisschool X zelfregulatie bij leerlingen bevorderen. Zodat zelfregulatie in een doorgaande lijn in de school ontwikkeld kan worden’’. Ik merkte dat dit al veel soepeler ging dan tijdens LA1, toen ik de aanleiding en context moest beschrijven. Vervolgens heb ik de kernbegrippen uit mijn probleemanalyse en probleemstelling uitgewerkt in het theoretisch kader. Het theoretisch kader stond snel op papier. Ik had namelijk al veel bronnen verzameld over zelfregulatie de afgelopen tijd. Aan het einde van het theoretisch kader was het tijd voor het formuleren van de hoofd- en deelvragen. Hier heb ik een tijdje mee zitten worstelen. Om goede vragen te formuleren moeten ze aan een heel aantal eisen voldoen. Ik kwam er ook niet helemaal goed uit, waardoor ik mijn vraag mee had genomen naar de bijeenkomst. Hier gingen we vervolgens gezamenlijke hoofd- en deelvragen bedenken, erg handig! Ik vond het fijn dat ik er zelf alvast aan begonnen was, zodat ik volgend jaar niet voor verassingen kom te staan. Volgend jaar zou ik hierbij de hulp van mijn onderzoeksbegeleider inschakelen, om er voor te zorgen dat de onderzoeksvragen goed geformuleerd worden. Nadat de hoofd- en deelvragen waren bepaald, kon het onderzoeken echt beginnen. Als groep zijn we toen op zoek gegaan naar bestaande vragenlijst, die aansloot bij onze hoofd- en deelvragen. Uiteindelijk hebben we onze vragen hier iets op bijgesteld. Voor volgend jaar is dit niet de bedoeling, maar gezien het korte tijdsbestek moesten we nu kiezen voor een bestaand instrument. De vragenlijst kwam uit het document Zelfsturing meetbaar maken (Harms, 2010). Ik heb de vragenlijst digitaal gemaakt, zodat collega’s de vragenlijst konden invullen wanneer het hun uitkwam en zodat voor mij direct de resultaten zichtbaar werden via Google Forms. Een erg handige tool, die ik volgend jaar weer zou gebruiken wanneer ik gebruik maak van een vragenlijst. Toen ik de resultaten van de leerkrachten had verkregen, kwam ik er achter dat alleen het bevragen van collega’s een onderzoek niet voldoende betrouwbaar maakt. Daarom koos ik er voor om dezelfde vragenlijst ook bij leerlingen af te nemen. Vooraf had ik dit niet bepaald, omdat ik dacht dat dit te tijdrovend zou zijn. Maar uiteindelijk wilde ik ook een betrouwbaar en valide onderzoek neerzetten. De vragenlijst voor leerlingen heb ik ook digitaal afgenomen, maar daarbij heb ik de vragen mondeling toegelicht. Ik merkte dat het voor de leerlingen van groep 3 erg moeilijk was om antwoord te geven op de vragen. Hierdoor moest ik voorbeelden geven bij vragen, wat de uitslag iets minder betrouwbaar maakt. De volgende keer zou ik kiezen voor leerlingen vanaf groep 4, of de vragenlijsten beter aanpassen op het niveau van de leerlingen. Toen ook deze resultaten verkregen waren, werd ik nieuwsgierig naar de verklaring voor de verschillen tussen de antwoorden van leerkrachten en leerlingen. Daarvoor heb ik een semigestructureerd interview afgenomen met een pleincoördinator. De volgende keer zou ik kiezen om alle (4) pleincoördinatoren te interviewen, zodat dit een representatief beeld geeft van de hele school. Helaas is dit nu niet gelukt wegens tijdgebrek. Doordat ik gekozen had voor deze drie instrumenten, was het ook zaak om dit te beschrijven bij de onderzoeksopzet. Dit deel van het onderzoek had ik onderschat. Ik vond het moeilijk om te bepalen wat je hier nu wel neerzet, wat niet en hoe formuleer je dit het beste. Bijvoorbeeld: welke labels kies je, beschrijf je de onderwijservaring van de respondenten en beschrijf je ook hoelang ze werkzaam zijn op deze school? Allemaal vragen waarin ik keuzes heb gemaakt en waar ik de volgende keer feedback op zou vragen van mijn onderzoeksbegeleider. Vervolgens was het tijd voor het uitwerken van de resultaten. Ik kan van mezelf zeggen dat ik redelijk handig ben met de computer, maar tijdens het maken van de grafieken bij de uitslag van de vragenlijsten deed de computer net niet wat ik wilde. Uiteindelijk is het mij gelukt en heb ik overzichtelijke grafieken gemaakt. Bij het uitwerken van het interview kwam ik er achter dat de labels niet helemaal passend waren bij de vragen die ik gesteld had. Dit komt omdat ik de labels pas achteraf bepaald heb, nadat ik het interview had afgenomen. Volgend jaar zou ik eerst de labels bepalen, zodat je de resultaten per label, per deelvraag kunt analyseren. Doordat het afnemen van de vragenlijst bij leerlingen pas later bepaald is, geeft dit niet helemaal een antwoord op de deelvragen en was het lastig om de resultaten per deelvraag te verwerken. Het schrijven van de conclusies vond ik de meest interessante stap van de onderzoekcyclus. Hier kon ik gaan kijken wat de resultaten mij opgeleverd hebben, hoe vertaal ik dit en wat kan ik er in het vervolg mee doen. Erg interessant om de verschillende grafieken en antwoorden met elkaar te vergelijken. Door dit per deelvraag, per instrument te beschrijven is dit overzichtelijk weergegeven. En uiteindelijk gaven de deelvragen antwoord op de hoofdvraag en dan weet je dat de onderzoekcyclus juist doorlopen is. Bij de kritische reflectie op het onderzoeksverslag heb ik een aantal verbetermogelijkheden genoemd voor volgend jaar, zoals leerlingen van 1/2 ook deel laten nemen aan het onderzoek, door de vragenlijsten aan te passen. Tot slot heb ik twee aanbevelingen gedaan, wat volgens mij twee logische vervolgstappen zijn voor basisschool X om zelfregulatie bij leerlingen te ontwikkelen. Deze aanbevelingen neemt de directie ten harte en gaat kijken hoe dit past binnen het jaarplan van volgend schooljaar. De literatuurlijst was voor mij snel gemaakt, doordat ik de afgelopen periode al veel bronnen gebruikt heb en ik APA heb verwerkt. Als laatste zijn de bijlagen aan het onderzoeksverslag toegevoegd om de lezer volledig mee te nemen in het onderzoeksproces. Toen alle stappen van het onderzoek waren doorlopen, ben ik begonnen met de infographic. Ik vond het erg lastig om binnen een beperkt aantal woorden te blijven. Voor een uitgebreid onderzoeksverslag, was het niet realistisch. Doordat je de kern van je onderzoek er uitfiltert, werd wel helder waar het nu daadwerkelijk om ging en dat was erg waardevol. Daarnaast vond ik dat mijn collega’s d.m.v. de infographic het onderzoek moesten kunnen begrijpen. Zodat zij niet het hele onderzoeksverslag hoeven te doorgronden en om er voor te zorgen dat zij een beeld krijgen van het onderzoek. Bij mij op school heerst er namelijk geen onderzoekcultuur. Het was voor mij dan ook een uitdaging om er voor te zorgen dat collega’s de vragenlijsten zouden invullen en kwamen luisteren naar mijn pitch van het onderzoek d.m.v. de infographic. Doordat ik van begin af gaan mijn collega’s heb meegenomen in het proces van het onderzoek, wekte het vooral veel nieuwsgierigheid op. Hierdoor waren ze geïnteresseerd in het onderwerp en naar de resultaten. Tijdens mijn pitch is dan ook een representatieve groep collega’s op komen dagen. Ik denk dat ik daarmee een eerste stap heb gezet in het ontwikkelen van een onderzoekende houding bij collega’s. Ik hoop dit volgend jaar verder uit te kunnen bouwen. Dit geldt ook voor mijn onderzoekende houding, de afgelopen maanden ben ik aan de slag gegaan met mijn leerpunten. Het zoeken naar wetenschappelijke bronnen zou ik graag als ontwikkelpunt mee willen nemen naar volgend jaar. Het was erg leerzaam om de stappen van de onderzoekcyclus te doorlopen, maar niet geheel haalbaar in dit tijdsbestek. Ik ben van mening dat dit ten goede komt aan het onderzoek van volgend jaar, maar je wil een representatief onderzoek afleveren, dus je zet je beste beentje voor om het de halen in de beperkte tijd. Echter was de tijd erg schaars deze periode. Deze laatste weken ga ik het eerste jaar van de MLI afronden en zal ik jullie nog een keer meenemen in de voortgang en ontwikkelingen van het afgelopen jaar, daarover later meer. Nieuwsgierig geworden naar het onderzoeksverslag of de infographic? Neem contact met me op! Ondertussen zit er al ruim 3/4 deel van het eerste jaar MLI op. Wat gaat het snel en wat heb ik al veel geleerd! Ik merk dat ik steeds meer inzicht krijg in de organisatie op school en dat ik steeds vaker betrokken word bij processen die in gang worden gezet. Bijvoorbeeld bij het formeren van homogene of heterogene groepen voor volgend schooljaar. Naar aanleiding van mijn visiestuk (LA1) heeft de directie om mijn kennis en advies gevraagd.
Maar n.a.v. mijn vorig blogbericht was ik razend enthousiast over ons product van LA2 de Mount Everbest. Ondertussen heb ik te horen gekregen dat ik dit leerarrangement gehaald heb en daar ben ik natuurlijk maar wat trots op! Om dit succes door te pakken ga ik na de meivakantie op mijn school de implementatie verzorgen van de Mount Everbest bij de groepen 5/6 op het gebied van automatiseren. Aan de leerkrachten van deze groepen ga ik nog eens ons product pitchen en ga ik hun helpen bij het implementeren van de Mount Everbest. Ik heb er veel zin in! Dit betekent niet dat we bij de MLI stil zitten: Ondertussen zijn we gestart met LA5-I Praktijkonderzoek. Tijdens dit LA ga ik een mini-onderzoekje uitvoeren op het gebied van zelfregulatie en wat daarbij de rol is van de docent. In 8 weken doorloop ik alle stappen van onderzoek doen, zodat ik al eens kennisgemaakt hebben met de onderzoekscyclus voor het onderzoek van volgend schooljaar LA5-II. Op dit moment ben ik gestart met het zoeken van de juiste literatuur, het schrijven van de probleemanalyse, probleemstelling, theoretisch kader en hoofd- en deelvragen. Dit is nog druk in ontwikkeling, dus na de meivakantie horen jullie meer! |
Over mijzelfLeerkracht basisonderwijs Categorieën
Alles
Archieven
Juli 2019
|